Blijf niet op je eigen eiland, zoek elkaar op
- 13 december 2018
- Nieuwsbericht
- V&VN Algemeen
Hoe maak je als traditioneel verpleeghuis, met veel oog voor zorg, de omslag naar een meer op prettig wonen en welzijn gerichte organisatie? Het is een vraag die overal in Nederland speelt. Ook in het Boskoopse woon-zorgcentrum FloraVita. Alleen, hoe doe je dat? Dus toen de mogelijkheid kwam om mee te doen aan de pilot verantwoorde personeelssamenstelling verpleeghuiszorg, grepen ze die graag aan.
Janine van Ardenne, hoofd wonen en zorg: “We komen van een medische oriëntatie. Maar je wil de bewoner natuurlijk als mens zien, niet alleen als patiënt. Wij zijn hun thuis. Dus de focus moet liggen op prettig wonen. Op persoonlijke aandacht. Op een zinvolle dagbesteding en op welzijn. Die slag zijn we aan het maken. En dat begint met jezelf de vraag stellen of je de bewoners echt kent.”
Suzanne van Mourik, hoofd HR: “De winst zit echt in het teamgesprek: wat is belangrijk voor bewoners? En: hoe kunnen we daar als team aan bijdragen? Ieder teamlid heeft een beeld bij de behoeftes en wensen van bewoners. Maar worden die beelden met elkaar gedeeld en dus getoetst? Alleen door het er als team samen over te hebben, hoe druk je ook bent, kun je dingen structureel beter oppakken. Dus mijn les voor andere zorgorganisaties is echt: neem, hoe druk je het ook hebt, de tijd voor het gesprek en kijk over functies heen. Je hebt allemaal verschillende vaardigheden en kennis, maar het doel – tevreden bewoners – is gezamenlijk. Denk niet in hokjes, denk in oplossingen. En blijf niet op je eigen eiland zitten, maar zoek elkaar op.” Suzanne nam in de pilot zelf ook deel aan het teamgesprek en raadt dat al haar HR-collega’s aan: “Ik ben met een andere bril gaan kijken naar wat medewerkers nodig hebben. Naar wat de praktijk van hen vraagt. En dus naar hoe ik daar als HR op in kan spelen.”
Hoe werken we het beste samen aan welzijn voor onze bewoners?
Janine: “We hebben welzijn en zorg nu bij elkaar gebracht in een team. Was het eerst: ‘wie heeft welke taak?’, nu is het: ‘hoe werken we het beste samen aan welzijn voor onze bewoners. Het gesprek gaat nu veel meer over de kwaliteit van leven, onderling en met bewoners.” Desiree Bierlaagh, die in alle 40 pilots de teamsessies met de Plussen-methodiek begeleidde, geeft een praktisch voorbeeld: “Voor het eerst spraken alle disciplines samen over de maaltijd: “Wanneer vinden wij het goed voor de bewoners”. De een let op of iemand problemen heeft met slikken of voldoende en gezond eet. Weer een ander kijkt of de maaltijd sfeervol is, de aankleding van de tafels of hoe zorgen we voor een gezellig samenzijn . En je wil allemaal dat de maaltijd aansluit bij wat iemand van huis uit gewend is, bij wat hij of zij prettig vindt. Door al die perspectieven samen te brengen, ontstaat een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor wonen, welzijn en veilige zorg.”
Carola Kerkvliet, mantelzorger van haar vader die in FloraVita woont en sinds kort medewerker: “Ik heb het gevoel dat er nu beter geluisterd wordt naar bewoners, dat er meer mogelijk is, dat er meer in mogelijkheden wordt gedacht.”
De kernvraag is: wat heeft een bewoner nodig om hier prettig te wonen?
Hilda de Boer, hoofd Welzijn: “Mensen komen hier om te wonen, en krijgen daar zorg bij. We hebben het niet meer over ‘opnames’. Wat heeft u nodig om hier prettig te wonen, dat is de kernvraag.” Monique Ekkelboom, medewerker welzijn: “Ik heb jaren in een kledingzaak gewerkt en ben pas later naar de zorg overgestapt. Ik ben hier helemaal op mijn plek. De liefde en waardering die je van bewoners ervaart is elke dag weer een cadeautje.” Desiree: “Het zien van de cliënt als mens is de kern van het vak. Blijft die persoon de hoofdpersoon in zijn of haar levensverhaal? Daar draait het om.”
Marcel Burgerhout, verzorgende IG: “Het gaat gewoon in de kern om persoonlijke aandacht. Niet alleen om zorg. Even snel een pilletje geven en weer door. Daar word je zelf niet blij van, maar de bewoner al helemaal niet. Zijn we een luisterend oor? Kunnen bewoners bij ons hun ei kwijt?” Die omslag vergt niet alleen iets van medewerkers.” Monique: “Een collega kwam op het idee om pepernoten te gaan bakken in de huiskamer. Bewoners er gezellig bij, ze hadden lol. Zegt een bewoner: “Ga nu maar weer werken.” Janine: “Boskopers zijn van nature harde werkers. Niet lullen, maar poetsen. Aanpoten, niet klagen. Om 12.00u eten en op tijd klaar om weer in de kwekerij verder te gaan.”
Lukt die omslag van een all-inclusive aanpak naar persoonsgerichte zorg wel als je te maken hebt met personeelstekorten? Janine: “Ja, die zijn er. Maar het lukt ons best goed om stagiaires, leerlingen en medewerkers te behouden. Het verloop is vrij klein. We kijken nu veel meer naar wat je als team en als individu nodig hebt om je te ontwikkelen, om betere zorg te leveren. Dat werkt. Als we zo mensen voor de zorg behouden, ben ik tevreden. Of ze nu bij ons blijven of elders aan de slag gaan.”
Reageren is niet meer mogelijk
Dit nieuwsartikel is per december 2019 overgeplaatst van de oude website van V&VN naar de vernieuwde website. Eerder geplaatste reacties komen hiermee te vervallen. Wil je reageren op dit artikel? Praat verder op social media.
Word lid en praat mee!
Samen met 105.000 leden maken we ons als beroepsvereniging sterk voor professionalisering van de beroepen verpleegkundige, verzorgende en verpleegkundig specialist. Leden horen, zien en helpen; dat is waar we als V&VN voor staan. Wil jij invloed hebben op hoe jouw beroep zich ontwikkelt? Word lid van V&VN.